SAP Cloud Platform Central Launchpad
Sinds de introductie van SAP Fiori in 2013, is de SAP Fiori Launchpad steeds meer gepositioneerd als de single-point-of-entry voor SAP gebruikers. De SAP Fiori Launchpad is het startpunt voor SAP Fiori apps voor zowel desktop als mobiele devices. De SAP Fiori Launchpad geeft een startpagina weer met daarop zogenaamde tegels gepositioneerd. Elke tegel vertegenwoordigt een applicatie welke de gebruiker kan starten door te klikken op de tegel.
De applicaties die gestart kunnen worden in de SAP Fiori Launchpad, betreffen in de meeste gevallen SAP Fiori applicaties. Om de SAP Fiori Launchpad en Fiori applicaties te kunnen gebruiken, zijn er bepaalde vereisten met betrekking tot het SAP systeemlandschap. Een van de belangrijkste voorwaardes is dat er een zogenaamde front-end server beschikbaar moet zijn, van waar de SAP Fiori Launchpad en applicaties kunnen worden aangeroepen. In een on-premise landschap wordt de rol van front-end server vervult door een SAP NetWeaver Gateway systeem. Sinds 2016 is het ook mogelijk om SAP Fiori vanuit het SAP Cloud Platform te consumeren via de SAP Fiori Cloud Edition. Het SAP Cloud Platform neemt hierbij dus de front-end server rol over van het SAP NetWeaver Gateway systeem. Zie voor meer informatie de blog “Fiori on-premise versus fiori cloud”
In Q4 2020 wordt een nieuwe optie toegevoegd voor het opzetten van een SAP Fiori Launchpad, namelijk de SAP Cloud Platform Launchpad. In deze blog wordt verder ingegaan op deze nieuwe functionaliteit en waarom deze is geïntroduceerd.
Embedded versus hub deployment
In zowel de on-premise als de cloud variant zijn de achterliggende SAP backend systemen gekoppeld met de front-end server, waarbij in de cloud variant het SAP Cloud Platform zelf als front-end server acteert.
In het on-premise scenario kan er gekozen worden voor zogenaamde embedded of hub deployment van de front-end server. Indien het achterliggende SAP backend systeem tevens fungeert als SAP NetWeaver Gateway systeem ofwel front-end server, dan spreken we van embedded deployment.
Wanneer er een SAP NetWeaver Gateway systeem in het SAP systeem landschap wordt geplaatst welke puur fungeert als front-end server richting één of meer gekoppelde backend systemen, dan spreken we van hub deployment.
In de opzet van het cloud scenario is er altijd sprake van een hub deployment scenario; het SAP Cloud Platform vervult de rol van front-end server en is gekoppeld via de SAP Cloud Connector aan een of meerdere SAP backend systemen.
Indien er sprake is van een systeemlandschap met meerdere SAP backend systemen, dan heeft de hub deployment variant voordelen ten opzichte van de embedded deployment. Een van de belangrijkste voordelen is dat er maar één SAP Fiori Launchpad opgezet hoeft te worden voor alle achterliggende systemen. Dit houdt in dat de eindgebruiker maar één applicatie nodig heeft – namelijk de SAP Fiori Launchpad – om alle achterliggende backend systemen te benaderen.
S/4HANA 1809
Met de introductie van S/4HANA 1809 zijn er wat veranderingen opgetreden in de vereisten van het systeem landschap met betrekking tot de front-end server. Hierdoor zijn er twee belangrijke beperkingen aan de hub deployment variant:
Vanaf versie S/4HANA 1809 worden standaard SAP Fiori applicaties niet meer uitgeleverd via de SAP Fiori Cloud Edition. Met andere woorden, de SAP Fiori Cloud Edition is te gebruiken tot en met S/4HANA 1709.
Er wordt in het on-premise scenario vanaf S/4HANA 1809 aanbevolen om te kiezen voor de embedded deployment variant. Hub deployment is nog wel mogelijk vanaf S/4HANA 1809, maar in dit scenario dient de SAP NetWeaver Gateway qua support packages en patches exact gelijk te worden gehouden aan het achterliggende SAP S/4HANA systeem.
Bovenstaande twee punten brengen vanzelfsprekend nogal wat uitdagingen met zich mee. Indien er gebruik wordt gemaakt van de SAP Fiori Cloud Edition en het SAP backend landschap wordt ge-upgrade naar S/4HANA 1809 of hoger, dan is het ineens niet meer mogelijk om SAP Fiori Cloud te gebruiken voor standaard SAP Fiori apps. Dit is ook duidelijk in de SAP Fiori app libray:
Niet alleen in het cloud scenario, maar tevens in een on-premise scenario wordt met de introductie van S/4HANA 1809 of hoger de hub deployment variant steeds lastiger houdbaar en in sommige gevallen zelfs onmogelijk. De vereiste dat front-end en backend gelijk moeten zijn qua S/4HANA release impliceert dat een upgrade van het backend systeem gelijktijdig uitgevoerd moet worden met een upgrade van het front-end systeem. In het geval van een systeemlandschap met meerdere S/4HANA backend systemen, wordt dit een steeds grotere uitdaging. Het exact gelijktijdig upgraden van meerdere backend systemen in combinatie met de front-end server legt bijvoorbeeld een enorme druk op het systeem- en applicatiebeheer binnen de IT organisaties van bedrijven. Indien er een systeemlandschap bestaat met meerdere S/4HANA backend systemen welke verschillende S/4HANA releases bevatten, dan is hub deployment überhaupt niet mogelijk! Ter illustratie: de nieuwste versie van de front-end server (SAP FES 2020) wordt verwacht in Q1 2021. Deze versie van de front-end server is vereist voor release S/4HANA 2020, en werkt tevens voor releases S/4HANA 1809 en S/4HANA 1909. Echter, deze versie van de front-end server is niet geschikt voor SAP ECC Business Suite systemen of S/4HANA releases tot en met 1709.
Om bovenstaande redenen wordt dus aanbevolen om richting een embedded deployment variant te gaan voor wat betreft de front-end server. Wanneer er maar één backend systeem in het landschap bestaat, zorgt dit niet voor problemen. De uitdaging komt wanneer er meerdere backend systemen in het landschap bestaan, of wanneer er gebruik wordt gemaakt van de SAP Fiori Cloud Edition. Het grootste voordeel van hub deployment verdwijnt wanneer er gekozen wordt voor embedded deployment, namelijk een “single point of access” voor de eindgebruiker in de vorm van in SAP Fiori Launchpad.
Om dit verlies op te vangen, wordt geadviseerd om één SAP systeem aan te wijzen als centrale front-end server, waarop een SAP Fiori Launchpad wordt geïnstalleerd. In deze aangewezen Fiori Launchpad moeten dan tegels opgenomen worden, welke verwijzen naar de systeem-specifieke lokale SAP Fiori Launchpads via URL integratie (zie figuur).
Deze opzet met een centrale SAP Fiori Launchpad op een aangewezen centrale front-end server, lost eerder genoemde problemen op welke verschillende S/4 HANA releases met zich mee brengen. Echter, het introduceert weer een nieuw probleem en dat is significante achteruitgang op het gebied van user experience (UX). Men opent een centrale Fiori Launchpad, waarin tegels zijn opgenomen die de achterliggende S/4HANA systemen representeren. Via het klikken op een van deze tegels, wordt weer een nieuwe SAP Fiori Launchpad geopend voor het betreffende S/4HANA systeem met daarin tegels voor applicaties in dat systeem. Dit is niet een scenario wat je wilt voorleggen aan eindgebruikers; het navigeren van launchpad naar launchpad om uiteindelijk een applicatie te kunnen openen. Idealiter worden alle applicaties in één centrale launchpad gepresenteerd, zoals dat het geval was middels de hub deployment variant. Hiervoor is de SAP Cloud Platform Launchpad geïntroduceerd.
SAP Cloud Platform Launchpad
De SAP Cloud Platform Launchpad biedt de mogelijkheid om meerdere S/4HANA release te koppelen aan één centrale Launchpad. Daarnaast kunnen in deze centrale launchpad ook SAP ECC Business Suite systemen, S/4HANA Cloud systemen, enterprise portals, SAP Cloud Platform applicaties, custom of 3rd party applicaties gekoppeld worden.
De SAP Cloud Platform Launchpad wordt uitgerold via de Cloud Foundry omgeving van het SAP Cloud Platform. Een van de belangrijkste eigenschappen van deze nieuwe lauchpad is de zogenaamde content federatie. De SAP Cloud Platform Launchpad kan applicaties zoals bijvoorbeeld Fiori apps opnemen in de configuratie, terwijl deze applicaties (of content) zich niet bevinden op het Cloud Platform maar in een on-premise S/4HANA backend systeem. Een S/4HANA backend systeem kan hiervoor opgezet worden in de embedded deployment variant, waarbij de SAP Cloud Platform Launchpad de specifieke apps in het S/4HANA backend systeem benadert middels tegels op de launchpad op het SAP Cloud Platform.
Het aanroepen en opnemen van zogenaamde remote content was voor de introductie van de SAP Cloud Platform Launchpad niet mogelijk. In de SAP Fiori Cloud Edition konden Fiori apps alleen opgenomen worden in de Launchpad, wanneer deze zich ook fysiek bevonden op het SAP Cloud Platform. Hetzelfde geldt overigens nog steeds voor een on-premise scenario. Wanneer op een front-end server een SAP Fiori Launchpad opgezet wordt, dan dienen Fiori applicaties zich op dezelfde front-end server te bevinden om opgenomen te kunnen worden als tegel in deze SAP Fiori Launchpad.
Door deze content federatie kan de SAP Cloud Platform Launchpad opgezet worden met meerdere S/4HANA backend systemen, zonder de vereiste dat deze allemaal dezelfde S/4HANA release moeten hebben.
Content federatie en Common Data Model
De SAP Cloud Platform Launchpad kan dus Fiori en andere applicaties aanroepen welke zich fysiek bevinden op de gekoppelde S/4HANA backend systemen: ook wel content federatie genoemd. In de inrichting van de launchpad wordt content in de vorm van apps opgenomen en hierbij kan worden aangegeven of deze zich bevindt op een backend systeem.
Voor recente S/4HANA releases welke draaien op een front-end server versie 2020, bestaat er tevens de mogelijkheid om content middels een zogenaamd common data model (CDM) vanuit de backend in een prefab formaat beschikbaar te stellen aan het SAP Cloud Platform. Dit wordt gedaan door in het S/4HANA backend systeem functionaliteit via rollen op te nemen middels een daarvoor bestemde transactie.
In de configuratie van de SAP Cloud Platform Launchpad kan vervolgens de beschikbaar gestelde content als rol worden geselecteerd en worden toegewezen aan de betreffende launchpad site en gebruikers.
Door deze opzet kan er in het SAP Cloud Platform een centrale launchpad geconfigureerd worden, waaraan meerdere backend systemen gekoppeld kunnen worden zonder dat dit de gebruikerservaring in de weg zit. Ieder S/4HANA systeem kan apart beheerd worden en eventuele upgrades kunnen onafhankelijk van de overige systemen worden uitgevoerd. De eindgebruiker ervaart een consistente functionaliteit in de launchpad voor verschillende applicaties, waarbij het niet uitmaakt vanuit welk backend systeem of cloud omgeving deze applicatie wordt geconsumeerd.
Indien er niet-SAP systemen gekoppeld dienen te worden aan de SAP Cloud Platform Launchpad, dan kan hiervoor ook hetzelfde content data model (CDM) gebruikt worden als voor S/4HANA releases. Indien de content beschikbaar wordt gesteld middels CDM, dan is ook content van niet-SAP systemen direct te selecteren in de configuratie van de SAP Cloud Platform Launchpad.
Meer informatie
Voor vragen of informatie over de toepassingsmogelijkheden van SAP Fiori binnen uw organisatie of voor vragen op het gebied van SAP Workflow, SAP Invoice Management (SIM) of SAP Master Data Governance (MDG) kunt u contact opnemen met Victor van den Hazelkamp.
Gerelateerde posts